Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Mozes zond hen ten strijde, duizend van elken stam, hen en [6]Pinehas, den zoon van Eleazar, den priester, ten strijde, met de [7]heilige vaten, en de trompetten des geklanks in zijn hand. 6. Te weten, niet eigenlijk om te vechten of een krijgsoverste te zijn, maar om vanwege God, als een goed raadsman en beleider, het leger bij te blijven en dat tot kloekheid te vermanen, achtervolgens zijn bijzonderen ijver, tevoren bewezen; boven, hfdst.25 vs.13. Vergelijk Deut.20:2,3, enz. 7. Welke waren, naar sommiger gevoelen, de ark des verbonds met haar toebehoren, mits die in het leger somtijds medegenomen werd, hetwelk men verstaan kan uit hfdst.14 vs.44; Joz.4:11; 1 Sam.4:4. Anderen verstaan daarmede alleen de trompetten, die terstond in vs.6 vermeld worden, en in den krijg moesten gebruikt worden.